Brunel Solar Team gehinderd door bosbranden op eerste dag wereldkampioenschap zonneracen

Het bushfire season is in volle gang  in Australië; het land wordt geteisterd door bosbranden. Ook de Delftse studenten die vandaag begonnen zijn aan hun reis door de outback worden ermee geconfronteerd. Een indrukwekkende ervaring, aldus coureur Ben Onland: “We zien wel vaker rook onderweg, maar nu was het wel erg veel. We zagen de rook al van een paar kilometer afstand. Hierdoor werd mijn zicht steeds slechter. In de verte zag ik opeens ook echt vlammen. Heel heftig om van zo dichtbij mee te maken.”

De bosbranden benadrukken het belang van de strikte protocollen die gelden tijdens de Bridgestone World Solar Challenge. Deze protocollen zijn ontworpen om ervoor te zorgen dat alle teamleden en coureurs in veiligheid kunnen worden gebracht in geval van een dreigende situatie. Daarbij heeft het team voortdurend nauw contact met de organisatie van het evenement. De Bridgestone World Solar Challenge heeft een aantal zogenaamde safety officers die met de route meerijden om de veiligheid van de deelnemers te waarborgen.

Vanochtend om 8 uur stipt begon de eerste zonneauto aan de ruim 3000 kilometer lange challenge. Dag één staat vaak in het teken van het zoeken naar inhaalmogelijkheden. In de eerste kilometers van de route is inhalen erg lastig. De Stuart Highway, het strijdtoneel van de World Solar Challenge, is namelijk op de meeste stukken slechts éénbaans. Teams moeten niet alleen rekening houden met andere zonneauto’s, maar ook met zogeheten road trains, vrachtwagens van soms wel vijftig meter lang. Op dag één slaagde het Brunel Solar Team erin om één positie te stijgen in het klassement door het Duitse team uit Aken in te halen. Het team heeft nu zo’n 750 kilometer afgelegd.

De Delftse studenten staan op dit moment op de tweede plek, met alleen het Belgische team voor zich. De huidige wereldkampioenen bleven vandaag nog buiten handbereik, met een voorsprong van 22 kilometer. Strateeg Sweder Blanken: “Het is goed dat we nu al op de tweede plek liggen, maar we zullen alles op alles moeten zetten om die eerste plek te bemachtigen.”